Note: The grammar does not treat explicitly the phenomenon that from an adjective such as wr, "great", one can form a substantive such as wr.t, "something great". Entry for nHH, "eternity", is missing from vocabulary; see Faulkner.
Cf:
- Zonhoven, Oefening 21, 1:
Dd.i wrt di.i sDm.Tn di.i rx.Tn sxr n nHH
ik zeg iets groots: ik zal zorgen dat jullie horen, ik zal zorgen dat jullie leren kennen het plan van de eeuwigheid
Cf:
- Gardiner, p. 353:
xdd.i Xr inw.s n nsw Tnw rnpt nb(t), prr.i im m mAa-xrw, n gm.n.tw DAt.i
I used to sail down with its tribute to the king every year, and went forth thence vindicated, and no deficiency was found in (lit. of) me.
Cf:
- Gardiner, p. 354:
irr Hm.k m mrr.f
may Thy Majesty do as he wills.
Cf:
- Zonhoven, Oefening 23, 1:
hAA.sn r tA m HfAw hAA.i m qAbw.sn prr.sn r pt m bikw prr.i Hr DnHw.sn
dat zij afdalen in de aarde als slangen is dat ik (mee) afdaal in hun kronkelingen; dat zij uitgaan naar de hemel als valken is dat ik (mee) uitga op hun vleugels
Cf:
Cf:
- Zonhoven, Oefening 21, 7:
Hw.k wi awA.k Hnw.i nHm.k rf nxwt m r.i
U slaat mij, U rooft mijn spullen, en nu neemt U zelfs de klacht uit mijn mond weg
Note: I assume the Subjunctive form (§ 75).
Cf:
- Zonhoven, Oefening 21, 5:
grg.k pr.k mr.k Hmt.k
moge je je huis stichten en je vrouw liefhebben
Note: As an alternative to assuming the Aorist form here for mr(r), one could well consider the Circumstantial form ("while his city loves him more than themselves").
Cf:
- Zonhoven, Oefening 21, 6:
mr sw niwt.f r Haw.sn
zijn stad houdt meer van hem dan (van) zichzelf
Cf:
- Zonhoven, Oefening 23, 2:
sDm.f sprty nb xft hp pn
het is volgens deze wet dat hij elke smekeling aanhoort